Turkije spreekt China over Oeigoeren

De Turkse buitenlandminister Mevlüt Çavuşoğlu heeft woensdag in Peking zijn Chinese collega persoonlijk gesproken over de situatie van Oeigoeren, oftewel de Oeigoerse Turken.

Çavuşoğlu verklaarde dat hij en zijn delegatie “de mogelijkheden voor economische samenwerking hebben geëvalueerd” en ook de “opvattingen, verwachtingen en gevoeligheden van Turkije over de kwesties op onze agenda, met name de Oeigoerse Turken” hebben overgebracht.

Turkije en de Volksrepubliek China gingen in augustus 1971 diplomatieke betrekkingen aan. Ankara erkent China’s recht om terrorisme te bestrijden en heeft er bij Peking op aangedrongen een dunne lijn te trekken tussen terroristen en onschuldige mensen.

Turkije herhaalt ook dat van de Chinese autoriteiten wordt verwacht dat ze de universele mensenrechten respecteren, inclusief de religieuze vrijheid van Oeigoeren en andere moslimgroeperingen.

De afgelopen jaren is er internationaal kritiek geuit op schendingen van de identiteit en cultuur van Oeigoerse Turken in China.

Een rapport van Human Rights Watch uit 2018 beschrijft de daden van de Chinese regering als “massale willekeurige detentie, marteling, gedwongen politieke indoctrinatie en massaal toezicht op de moslims van Xinjiang”.

China heeft echter herhaaldelijk beschuldigingen ontkend dat het detentiekampen heeft en beheerd in zijn noordwestelijke autonome regio en beweert in plaats daarvan dat ze Oeigoeren “heropvoeden”.

De bilaterale, economische en politieke betrekkingen tussen de twee landen kwamen in de jaren tachtig in een stroomversnelling. Vanaf het laatste decennium groeiden de relaties uit tot een strategisch samenwerkingsniveau.

Het handelsvolume tussen de twee landen bedroeg in 2020 ongeveer 24 miljard dollar , voornamelijk gedreven door het groeiende exportvolume van Turkse landbouw- en veeteeltgoederen naar China.

© Turksemedia.nl – Alle rechten voorbehouden | AA | Gepubliceerd: 12-01-2022